Caring Farmers complimenteert Holman en Grinwis voor het eerste concrete plan vanuit de politiek om stappen te zetten richting een grondgebonden veehouderij om op die manier een slag te maken met stikstofreductie en natuurbescherming. Als groep boeren die een duurzaam voedselsysteem voorstaat, snakken we naar langetermijnbeleid dat leidt tot een betere balans tussen landbouw en natuur. Wij zijn afhankelijk van een florerende natuur, bestuivende insecten en gezonde bodem.
Een grondgebonden veehouderij is wat ons betreft dé toekomst. Veel problemen zijn ontstaan toen de veehouderij startte met het jaarrond opstallen van dieren en de binding met de grond verdween. Door de inzet van kunstmest en de import van veevoer groeide de veestapel groter dan wij van eigen land konden voeden. Zo ontstond een mestoverschot: meer mest dan de akkerbouw nodig had.
We zijn blij dat de laatste paar jaar steeds meer politieke partijen inzien dat de grote veestapel Nederland meer kost dan opbrengt en we waarderen de gedachten achter dit wetsvoorstel. De heren Holman en Grinwis verdienen complimenten voor hun inzet en het uitsteken van hun nek.
Toch zijn wij kritisch, omdat
- De benodigde stikstofreductie niet wordt bereikt, en daardoor het probleem en onzekerheid voor boeren blijft bestaan.
- Zonering van Nederland aan de ene kant zorgt voor een ongelijk speelveld tussen boeren en aan de andere kant voorbijgaat aan het feit dat er meer (landelijke) problemen zijn naast stikstof: waterkwaliteit, biodiversiteitsverlies, klimaat en dierenwelzijn.
- Het stikstofprobleem van de landbouw is een mestprobleem. De bodem en akkerbouw zouden daarom centraal moeten staan, niet de veehouderij.
Advies aan de initiatiefnemers en het nieuwe kabinet:
Weidegang
Een koe die zelf zijn eten in de wei haalt, de mest daar achterlaat en de melk naar de stal brengt, is een efficiënte koe met lager dieselverbruik en een lage N- en CO2-footprint per hectare. Hoe meer gras een koe eet, hoe duurzamer de koe.
- Door in te zetten op kruidenrijk grasland met vlinderbloemigen die stikstof vastleggen, wordt niet enkel kunstmest bespaard, maar werken we aan gezonde mest voor akkerbouwers. Kwaliteit in plaats van kwantiteit: koeien die veel kruidenrijk gras eten produceren namelijk gezondere mest voor de akkerbouw dan koeien die veel mais of krachtvoer eten (topmest.org).
- Nederland telt 200.000 hectare tijdelijk grasland dat in zeer korte tijd kan worden omgezet naar kruidenrijk grasland. Dit scheelt de maatschappij 0,2 Mton aan CO2 uitstoot en draagt bij aan schoner water, gezondere koeien en herstel van insectenpopulaties.
- 1 op de 4 koeien loopt kreupel. Gebrek aan weidegang is één van de belangrijkste oorzaken. Zoveel kreupelheid betekent behalve veel dierenleed, ook veel veterinaire kosten en medicijnresten in het milieu. Ook de huidige minimumnorm voor weidemelk betekent onvoldoende weide-uren om kreupelheid in te dammen.
- Weidegang geeft Nederlandse zuivel wereldwijd een goede naam.
- Bedrijven die niet kunnen of willen weiden? Die hebben niets van het fenomeen koe begrepen, en kunnen gebruik maken van een uitkoopregeling.
- Kortom: verplicht 1.500 uur weidegang in 2027, oplopend naar 2.500 in 2030 en geef bonussen voor extra weidegang.
- Hier bovenop is het inderdaad een goed idee om zoals voorgesteld een koppeling te maken tussen de hoeveelheid melkproductie en de GVE-definitie.
Leg het probleem niet alleen bij de boer neer.
Geef supermarkten en andere grote partijen in de keten (horecaketens, slachterijen) heldere richtlijnen en een gefaseerd afbouwplan over hoe stikstofrijk hun producten mogen zijn. Dat betekent bijvoorbeeld:
- Inzet op een eiwittransitie
- Weidelogo op álle zuivel + stapsgewijs ophogen van de weidenorm.
- Bewegen richting producten uit de biologische of andere vormen van duurzame landbouw.
- Prijsprikkels voor consumenten zoals afschaffen BTW op biologisch en een heffing op dierlijke producten.
Samenwerking met akkerbouwers
- Beperk kunstmest in de akkerbouw, tuinbouw en bomenteelt, en stimuleer de samenwerking tussen deze agrariërs en veehouders.
- Zet de bodem en de teelt van planten centraal: hoeveel en wat voor soort dierlijke mest hebben zij nog nodig na de inzet van groenbemesters met vlinderbloemigen, teelt van eiwitgewassen en plantaardige reststromen?
- Hoewel we mestafzet binnen een kleine straal nastreven, is het belangrijk om daarbij goed te bekijken wat dit betekent voor de huidige biologische landbouw. Deze heeft geen mestoverschot, want daar is samenwerking tussen veehouders en akkerbouw al geregeld. Voor hen is de zonering zeer schadelijk: immers akkerbouwers in bijvoorbeeld Zeeland zullen dan kampen met een mesttekort.
- Beloon boeren een gemengd bedrijfssysteem of die al die al de samenwerking tussen veehouderij en akkerbouw hebben opgezet en die zo de kringloop sluiten, zoals biologische boeren, met promotie, afschaffen BTW, groeiend marktaandeel, lagere pacht, hoger GLB, of een korting op de waterschap heffing (minder uitspoeling).
Doelsturing
Dat is een goed idee. Heldere doelen t.a.v. N-emissie zijn ureum in melk en N-bedrijfsoverschot. Deze zijn beide te kwantificeren en hier wordt al aan gemeten. De aanvoer en afvoer op een bedrijf zijn grotendeels makkelijk te kwantificeren.
- Kies een ureumnorm onder de 20. Voor bedrijfsoverschot is een NUE norm (Nitrogen Use Efficienty) geschikt. Die zit nu rond 25%, wanneer je verliezen voor productie in het buitenland meeneemt. Dat moet naar 35% kunnen. De vraag is of dit nog nodig is, als >2000 uur weidegang de norm is.
Kalverhouderij:
Deze sector draagt voor een groot deel bij aan het stikstofprobleem.
Het welzijn is slecht: de sterfte is hoog, ondanks hoog antibiotica gebruik.
- Zet daarom in op streng handhaven op dierenwelzijn en milieumaatregelen, en stel een maximale lengte in voor veetransporten van 8 uur.
- Stimuleer nieuwe projecten die zuivel- en vleesveeketen integreren en het kalf uit de melkveehouderij een beter leven geven. Zoals o.a. de inspanningen van Ekoholland, de biodynamische melkveehouderij, het zuivelmerk Kalverliefde en campagne Kalfjes bij de Koe.
- Ook kalveren die gras eten zijn duurzamer en blijer. Dit gaat niet van dag 1 op 2, maar wel in 2035.
Pluimvee, varkens, eenden en konijnen
We missen deze in het plan.
- Zet uitkoopregelingen voor deze bedrijven door.
- Zet ambitieuze doelen voor dierenwelzijn, voor de dieren én voor milieuopgaven. Dus niet de lullige 0,9 m2 voor varkens van minister Wiersma. Elke 0,1m2 voor het varken erbij, betekent 10% minder varkens in Nederland – wat belangrijk is om verschillende milieuopgaven te bereiken.
- Dwing supermarkten en horeca om vaart te maken met dierenwelzijn. Door de stap van supermarkten naar 1ster kip, hebben we in Nederland al 100.000 kippen minder, naar volle tevredenheid van de kippenhouders. – wat belangrijk is om verschillende milieuopgaven te bereiken.
- Zet in op streng handhaven op dierenwelzijn en milieumaatregelen.
Maatschappelijke Kosten en Batenanalyse: durf geld uit te geven en te investeren. Dit verdient zich terug in vermeden milieu en gezondheidskosten. Kijk naar de MKBA die de Dierenbescherming en Caring Farmers maakten voor een natuurinclusieve landbouw.
Maatschappelijke landbouwgebieden?
We snappen dat Holman en Grinwis een differentiatie willen maken in gebieden rondom Natura2000 gebieden om hier zo snel mogelijk de stikstofemissies omlaag te brengen. Maar hiermee worden problemen in de ‘Agrarische Hoofdstructuur’ niet opgelost; de Kader Richtlijn Water geldt overal, net als de klimaatopgave.
Een versnelde inzet rondom natuurgebieden zoals voorgesteld is zeker wenselijk vanwege stikstof, maar het is tegelijkertijd belangrijk is om ook duurzame boeren uit andere gebieden te belonen, of daar boeren te helpen met de omschakeling en biodiversiteitsherstel.
Kritiek op het plan:
Zonering brengt problemen met zich mee. Door de mestafzet zones komen biologische boeren hiermee in de problemen, zo komen biologische akkerbouwers in Zeeland met een mesttekort te zitten. Door het onderscheid tussen de Agrarische Hoofdstructuur en de Maatschappelijke Landbouwgebieden zij er in beide gebieden boeren die niet passen. Te intensief in de extensieve regio betekent extensiveren, stoppen of vertrekken. Maar ben/wil je extensief in de intensieve regio, krijg je dan ook die vergoeding? Daar lijkt het nu niet op, waardoor duurzame boeren die verder weg liggen van natuurgebieden op achterstand komen te staan; het creëert een ongelijk speelveld. Bovendien helpt zonering niet bij de andere grote landelijke opgaven zoals klimaat, water en biodiversiteit. Daarom vragen wij de politiek om in het héle land te investeren in landschapsbeheer en groenblauwe dooradering. Of dat nou via het Anlb, ecoregelingen of bijvoorbeeld het 7-vinkjes voorstel van Urgenda gaat.
Wij zien rondom natuurgebieden vooral nut in extra inzet van uitkoop- en extensiveringsregelingen (waaronder ook soepelere uitkoopregelingen waarbij bijvoorbeeld de stal kan blijven staan voor overgebleven dieren of andere doeleinden), extra inzet op agroforestry en vooral in samenwerking met gemeenten voor meer duurzame afzetkanalen.
- Het wetsvoorstel zet de graslandnorm in, in 2034 max 2,86 GVE/ha. Dit is niet grondgebonden. Momenteel is het gemiddelde in Nederland 2,1/ha, met derogatie. Zonder derogatie kom je rond 1,5 GVE/ha.
- Teveel gedacht vanuit de melkveehouder, en te weinig gedacht vanuit voedsel/planten/teelten/andere sectoren en de mest die zij nodig hebben. Een te groot gedeelte van Anlb en GLB gelden wordt voor melkvee ingezet.
- Mest hoort op het land en hoort daar een bijdrage te leveren aan het bodemleven. Vergisting van mest en Renure zijn dure energieslurpende technieken die niet bijdragen aan bodem en biodiversiteit. Er wordt aangehaald dat Renure kunstmest zou besparen. Dat is niet het geval. Het beperkt de kunstmestaanschaf van veehouders, maar als de mest niet naar akkerbouwers gaat, zal daar de N kunstmestgebruik weer hoger zijn. En als de veestapel niet krimpt, blijven we ‘kunstmest’ in de vorm van veevoer importeren.
- Enkel een aanpak bij de basis – stop de grootschalige import van veevoer en zet plant en bodem centraal -, zal het stikstofprobleem op een duurzame wijze oplossen.
Uitsmijter
Tot slot willen wij nog meegeven dat de politiek even voortvarend aan de slag gaat met de stikstofuitstoot uit industrie en verkeer, als met de landbouw. Het is niet ter verkroppen als boeren links en rechts omvallen, en er tegelijkertijd miljarden in een verouderd vervuilend bedrijf als Tata Steel wordt gestopt. Ook valt een toename aan vluchten over de Veluwe vanuit Lelystad Airport niet in goede aarde.