Afgelopen dinsdag maakte het dubbeldemissionaire kabinet eindelijk haar aanvullende – ondermaatse – stikstofplannen bekend. Onze afdronk: Boeren blijven nog langer in onzekerheid, kwetsbare natuur wordt voorlopig niet beschermd en Nederland is nog lang niet van het slot. De grote winnaar? De agro-industrie. Want niet alleen is het nemen van voldoende, geborgde maatregelen opnieuw op de lange baan geschoven, er is wél 442 miljoen voor innovatie (zoals stalmaatregelen) uitgetrokken, met als voornaamste doel de intensieve veehouderij de komende jaren zoveel mogelijk in het zadel te houden. Voor een dierwaardige veehouderij is slechts 50 miljoen uitgetrokken, terwijl juist dáár enorme kansen liggen om zowel de stikstofcrisis aan te pakken als aan klimaatdoelen te werken én boeren perspectief te bieden.
Maar de link tussen stikstof en dierenwelzijn wordt door de BBB bewust genegeerd, want het maakt nogal een verschil of je varkens 0,9 of bijvoorbeeld 1,0 of 1,6 vierkante meter in de stal gunt. Dat betekent namelijk een varkensstapelreductie van 10, 20 of 50%, inclusief een bijgaande vermindering van mest, vervoersbewegingen en stank. Dat minister Wiersma in de nieuwe dierenwelzijnswetgeving voor een schamele 0,9 vierkante meter koos en daar bovendien geen ingangsdatum aan koppelde, is niet alleen vervelend voor het varken, maar ook een enorme gemiste kans om uit de stikstofcrisis te komen.
Nog zo’n gemiste kans is dat de minister zélfs in 2040 weidegang voor melkkoeien nog niet verplicht stelt. Terwijl allang is aangetoond: hoe meer weide-uren, hoe minder stikstofuitstoot en hoe meer welzijn voor de koe. Zeker als die wei ook nog eens kruidenrijk is in plaats van monocultuur Engels raaigras, nemen de voordelen voor klimaat en natuur gigantisch toe. En ook dat zou met dierenwelzijnswetgeving bereikt kunnen worden.
Een voorbeeld van hoe dierenwelzijn al aantoonbaar bijdroeg aan een kleinere veestapel, is de ‘vleeskip’. Na de invoering van het Beter Leven keurmerk en ruim 10 jaar campagne van Wakker Dier, zijn álle supermarkten recent omgeschakeld van plofkip naar kip met 1 Beter Leven ster van de Dierenbescherming. Deze omslag is een kleine stap voor de kip, maar heeft een gigantische impact op de pluimveehouderij: het aantal vleeskippen daalde tussen 2020 en 2024 met 21% van 49 naar 40 miljoen, terwijl het aantal bedrijven nauwelijks afnam. Dus de pluimveehouderij telt nu minder dieren, evenveel boeren die méér bestaanszekerheid hebben én hun werk leuker vinden.
Vol inzetten op biologisch zou op een geborgde manier bijdragen aan een landbouw met minder kunstmest, minder mest, een beter leven voor dieren en behoud van boeren. Zo heeft een biologische stal gemiddeld slechts 1/5e van het aantal dieren vergeleken met een ‘standaardstal’, de boer een goed verdienmodel en het varken een goed leven. Dit is ook nog een veel socialere manier van de veestapel krimpen dan boeren uitkopen. De biologische varkenshouderij produceert bovendien hele nuttige strorijke mest voor de akkerbouw.
De huidige kosten van milieuvervuiling en gezondheidsrisico’s als gevolg van de intensieve veehouderij worden afgewenteld op de samenleving, terwijl alleen de agro-industrie profiteert. Zij verdienen immers goed aan veevoer en antibiotica. Daar komt dan ook de lobby vandaan om stikstof en dierenwelzijn als aparte problemen te bekijken. Boeren roepen echter standaard dat ze graag hun dieren meer welzijn zouden geven, als het maar betaald wordt.
Krimp van de veestapel en een omslag naar biologisch zal niet alleen tot grote maatschappelijke baten leiden, maar ook tot hogere prijzen. Dat biedt kansen én risico’s, wat vraagt om een overheid die optreedt als marktmeester. Denk bijvoorbeeld aan verborgen kosten in de prijs opnemen en boeren belonen die omschakelen. Pas dan wordt de rekening eerlijk verdeeld.
Het nieuwe kabinet – dat zich opnieuw het hoofd zal moeten breken over stikstof – , is aan zet om de huidige patstelling te doorbreken en zal eindelijk moeten kiezen voor een werkelijke omslag naar een toekomstbestendig landbouwsysteem waarbij niet langer de agro-industrie, maar natuur, dier, klimaat, boer én consument gebaat zijn.
- Ruud Zanders, Caring Farmers
- Sandra Beuving, Dierencoalitie
- Hilde-Anna de Vries, Greenpeace Nederland
Lees ook in het AD: Opinie: ‘Stikstof en dierenwelzijn, de link die steeds maar genegeerd wordt’ | Praat mee | AD.nl