Nieuws

Home  /  Actueel  /  Nieuws  / 

Caring Farmers presenteert transitietool voor meer kalfjes bij de koe

Op dinsdag 20 september presenteert Caring Farmers ‘Kalfjes bij de Koe’: een transitietool voor boer en burgers om samen te werken aan meer kalfjes bij de koe. De website helpt burgers om kalf-bij-koe zuivel te kopen waardoor de boerderijen verder kunnen ontwikkelen. Aan de andere kant verzamelt de website de praktische ervaringen van boeren zodat andere boeren kunnen omschakelen en het welzijn van kalf en moederkoe verbetert. Caring Farmers werkt in deze campagne samen met vele organisaties samen aan voorlichting voor consumenten, een nieuwe keten voor kalf-bij-koe zuivel en verdienmodellen voor de melkveehouder.

Direct naar de verkooppunten:

Project Kalf bij Koe

Het ministerie LNV wil een andere kalverhouderij vanwege stikstof, antibiotica gebruik, klimaat en hoge kalversterfte. Caring Farmers wil met kalfjes bij koe de transitie versnellen. We verbinden boeren en helpen consumenten met diervriendelijker te consumeren van boerderijen met veel ervaring met kalf bij koe én van boeren die daar net mee starten zodat ook zij een meerprijs kunnen ontvangen. Belangrijk punt is dat we geen keurmerk of een controlerende instantie zijn, maar wel samenwerken met Dierenbescherming, Eyes on Animals en Stichting Demeter aan standaardisering, en mogelijk een keurmerk. De website kwam tot stand dankzij bijdragen van Rerooting the Dutch Foodsystem en SABE subsidie voor samenleertrajecten.

Kalf bij de koe is zeldzaam

Nederland telt ruim 14 duizend melkveehouders, maar bij slechts 30-40 boeren worden de kalfjes voor langere tijd bij de koe gehouden. Caring Farmers staat voor een diervriendelijke landbouw waar dieren hun natuurlijk gedrag kunnen vertonen, en voor zoogdieren betekent dat ze kunnen zogen. Maar momenteel worden kalveren standaard weggehaald bij de moeder, zodat de moedermelk geheel ter beschikking is voor de mens en voor lage prijs in het supermarktschap staat, of wordt geëxporteerd in de vorm van kaas of melkpoeder. De kalfjes – ook die van biologische melkveehouders – verdwijnen naar de kalverhouderij en worden voor 90% geëxporteerd in de vorm van kalfsvlees als ze 6-8 maanden oud zijn. De kennis rondom het houden van kalveren bij de koe is nagenoeg verdwenen.

Pionieren

Hoewel het niet meer dan normaal is, dat jonge zoogdieren zogen bij de moeder, moeten we als boer weer opnieuw leren hoe dit moet. Het betekent een grote omslag: een andere kijk op en omgang met de dieren; kostbare stalaanpassingen en je houdt minder melk over om te verkopen, dus je hebt een hogere melkprijs en een ander afzetkanaal nodig. De campagne startte in januari met twee boeren met samen 3 decennia aan ervaring:  Gerjo Koskamp en Corné Ansems. Zij deelden hun ervaringen over hoe zij na 3 maanden de kalveren spenen en ontkrachten zij mythes zoals : “alle kalfjes worden wild”. Inmiddels delen zo’n 20 boeren ervaringen uit in een appgroep en is een eerste Kalf-bij-Koe bijeenkomst georganiseerd met 50 deelnemers.

Consument is onwetend

De meeste consumenten hebben nooit stilgestaan bij het feit dat de melk en kaas die ze consumeren, alleen maar kan worden geproduceerd als de koe ieder jaar een kalf krijgt om de melkproductie op gang te brengen. Ook duurzame consumerende consumenten zoals vegetariërs of mensen die enkel kiezen voor biologische zuivel, beseffen niet dat ook het kalf van een biologische koe in de gangbare kalverhouderij zijn/haar korte leven slijt. Nederlanders zijn notoire kalfsvlees mijders omdat ze het zielig vinden. Maar wil je echt duurzaam en diervriendelijk consumeren, betekent dat of géén zuivel, of zuivel van kalf-bij-koe boeren én af en toe Nederlands kalfsvlees van kalveren die bij de koe mochten blijven.